Uitleg van Trainingpeaks Parameters

Bij het begeleiden en coachen gebruik ik Trainingpeaks van atleten. Trainingpeaks is een software die wordt gebruikt door coaches van PROschema om de prestaties en progressie van onze atleten te volgen.
In Trainingpeaks worden een aantal parameters gebruikt waarvan hieronder een korte toelichting.

  1. Workouts: de specifieke trainingssessies van de atleet.
  2. Opbouw: een training bestaat meestal uit een warming up, kern en cooling down.
  3. Sync & compliance: de trainingen kunnen worden gesynchroniseerd met andere apparaten en de naleving van het trainingsplan wordt bijgehouden.
  4. ATP: het jaarlijkse trainingsplan waarin de geplande uren staan.
  5. CTL: de chronic training load, een maat voor de fitheid van de atleet berekend over de afgelopen 6 weken.
  6. ATL: de acute training load, een maat voor de intensiteit van de trainingen van de afgelopen 7 dagen.
  7. TSB: de training stress balance, een indicatie van de vorm van de atleet berekend door het verschil tussen de CTL en ATL.
    De training stress balance wordt ook wel je ‘vorm’ genoeg. Het is de uitkomst van de volgende berekening: Form (TSB) = Yesterday’s Fitness (CTL) – Yesterday’s Fatigue (ATL).
  8. IF: de intensiteitfactor, een maat voor de zwaarte van de training.
  9. TSS: de training stress score, een maat voor de belasting van het lichaam en de vereiste hersteltijd.
  10. Zones. De 5-zones zijn onderverdelingen van de intensiteit van de training. Het 80/20 endurance systeem hanteert een 5-zones model waarin de onderste twee zones de meeste trainingen bevatten. Het is belangrijk om te weten welke intensiteit bij welke zone hoort en hoe ze kunnen worden aangepast aan de specifieke doelen van de atleet. Het systeem helpt bij het plannen en uitvoeren van gerichtere trainingen die aansluiten bij de specifieke behoeften van de atleet.

De 5 hartslagzones zijn onderverdelingen van de hartslag van een atleet tijdens trainingen. Deze zones worden gebruikt om de intensiteit van de trainingen te bepalen en gerichter te kunnen trainen. De zones worden meestal bepaald aan de hand van de maximale hartslag van een atleet, hoewel andere methoden ook kunnen worden gebruikt.

De 5 hartslagzones zijn meestal als volgt onderverdeeld:

  1. Zone 1: rustig tempo, laagste intensiteit
  2. Zone 2: tempo iets boven rust, lichte intensiteit
  3. Zone 3: matig tempo, matige intensiteit
  4. Zone 4: zwaar tempo, zware intensiteit
  5. Zone 5: maximale inspanning, hoogste intensiteit

Het is belangrijk om te weten dat de precieze hartslagzones voor elke atleet kunnen verschillen en dat ze regelmatig moeten worden bijgesteld naargelang veranderingen in fitheid en prestaties. De 5 hartslagzones bieden een praktische manier om gerichtere trainingen te plannen en uit te voeren, en om progressie en resultaten te monitoren.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven